Wijzigingen Brownfielddecreet

Bij Decreet van 23 december 2011 wordt het Brownfielddecreet van 30 maart 2007 gewijzigd.(1) De tijdsbeperking voor de mogelijkheid tot het sluiten van brownfieldconvenanten tot de periode vanaf 19 juni 2007 tot en met 31 december 2011, werd opgeheven (oud art. 5). De mogelijkheid wordt permanent. De mogelijkheid wordt ingevoegd voor de Vlaamse regering om voor ontvankelijk en gegrond verklaarde projectaanvragen waarvoor na een redelijke termijn echter blijkt dat geen perspectief bestaat op het kunnen afsluiten van een Brownfieldconvenant, te beslissen de onderhandelingen stop te zetten, op gemotiveerd advies van de Brownfieldcel (art. 8, §3). De Vlaamse regering engageert zich tot minimaal één oproep per jaar (art. 8, §3). Dit werd aangeraden in de visienota om ontwikkelaars een voldoende lange voorbereidingsperiode te geven, waardoor de aangevraagde projecten duidelijker gedefinieerd kunnen zijn op het moment dat de Brownfieldcel een advies moet uitbrengen met betrekking tot hun ontvankelijkheid en gegrondheid. De afzonderlijke vermelding van de beschikbaarheid van het uniek loket voor de aanvragen voor goedkeuringen, machtigingen, vergunningen en subsidies voor werken en handelingen in het kader van een Brownfieldproject, wordt geschrapt (art. 12). Dit moet interpretatieproblemen uitsluiten. Deze wijziging verduidelijkt dat bij het Agentschap Ondernemen enkel aanvragen van brownfieldconvenanten mogelijk zijn en geen stedenbouwkundige vergunningen of milieuvergunningen aangevraagd kunnen worden. Het gewijzigd decreet voorziet de oprichting door de Vlaamse regering van een Brownfieldcel met als opdrachten en bevoegdheden (art. 12/1): - het voorbereiden van adviezen over de aanvraagdossiers, - het voeren van onderhandelingen omtrent de voorbereiding van de totstandkoming van Brownfieldconvenanten, - het periodiek evalueren van het instrument Brownfieldconvenant. Hiertoe zal de brownfieldcel minstens tweejaarlijks een evaluatierapport opmaken dat zal worden overgemaakt aan de Vlaamse regering en dat eveneens zal worden ter beschikking gesteld van het Vlaams parlement en de adviesraden. De Brownfieldcel kan het voeren van de onderhandelingen omtrent de voorbereiding van de totstandkoming van Brownfieldconvenanten delegeren aan onderhandelaars. Deze onderhandelaars worden door de Vlaamse Regering aangeduid onder de leden van de Brownfieldcel. De rol van de Brownfieldcel en de onderhandelaars in het kader van de brownfieldconvenanten worden aldus decretaal verankerd. De uitdrukkelijke vermelding van de mogelijkheid voor NV Participatiemaatschappij Vlaanderen om zich toe te leggen op het realiseren van brownfieldprojecten wordt geschrapt (oud art. 21). Ook de vermelding van de samenwerking tussen NV Participatiemaatschappij Vlaanderen en de Openbare Afvalstoffenmaatschappij wordt geschrapt. Het voorziene protocol tussen beide werd nooit gesloten. Tussen NV Participatiemaatschappij Vlaanderen en OVAM zijn inmiddels wel afspraken gemaakt met betrekking tot ieders rol in het kader van de ontwikkeling van ‘blackfields’ onder het protocol ‘Saninvest’. Het hoofdstuk over de visienota wordt geschrapt (hoofdstuk VI). De visienota werd reeds verstrekt. (1) Decreet 23 december 2011 tot wijziging van het decreet van 30 maart 2007 betreffende de Brownfieldconvenanten, BS 3 februari 2012.