Regels voor verkoop van niet-opgevraagde toondereffecten

Bij Koninklijk Besluit van 25 juli 2014 wordt bepaald op welke wijze niet-opgevraagde toondereffecten verkocht zullen worden door de emittent en wat de precieze gevolgen hiervan zullen zijn. Ter opfrissing: houders van effecten aan toonder waren verplicht om hun effecten uiterlijk op 31 december 2013 om te zetten in effecten op naam of in gedematerialiseerde effecten. Om te vermijden dat er effecten aan toonder zouden blijven bestaan, bijvoorbeeld doordat de houder van de effecten onbekend bleef of de effecten niet werden opgevraagd, heeft de wetgever het volgende mechanisme uitgewerkt.   De emittent wordt verplicht om de niet-opgevraagde effecten te verkopen vanaf 1 januari 2015. Hierbij maakt men het onderscheid tussen verkoop van effecten die zijn toegelaten op een gereglementeerde markt en effecten die niet zijn toegelaten op dergelijke markt.   Vooraleer men overgaat tot verkoop van de eerste categorie van effecten, moet een bericht gepubliceerd worden in het Belgisch staatsblad en op de website van de betreffende vennootschap/emittent, waarin de rechthebbende van de effecten wordt opgeroepen om zijn/haar rechten uit te oefenen. Indien hierop geen reactie komt, kan de verkoop één maand na publicatie van dit bericht starten. De verkoop op de markt moet plaatsvinden binnen drie maanden na het verschijnen van het bericht. Indien de emittent voldoet aan bepaalde voorwaarden, kan hij ook zelf de effecten aan toonder inkopen.   Ook voor effecten die niet zijn toegelaten op een gereglementeerde markt, moet eerst een bericht gepubliceerd worden. Indien hier geen gevolg aan gegeven wordt, worden de effecten verkocht op de Markt van de Openbare Veilingen, een door Euronext Brussels georganiseerde MTF. De prijs van deze effecten wordt bepaald door de veilingmeester, dit op basis van verschillende elementen, zoals bijvoorbeeld de goedgekeurde jaarrekeningen. Worden de effecten niet meteen verkocht, dan worden ze opnieuw aangeboden voor minstens vier opeenvolgende rondes. Belangrijk is dat de emittent, net zoals voor effecten verkocht op een gereglementeerde markt, door zijn commissaris, bedrijfsrevisor of erkende boekhouder, moet laten bevestigen dat hij het nodige heeft gedaan voor de omzetting van de effecten aan toonder. Deze bevestiging moet worden opgenomen in de jaarrekening van 2015.   Indien de effecten worden verkocht, kan de emittent zijn gemaakte kosten aftrekken van de opbrengst. Wat overblijft na aftrek van kosten moet hij echter deponeren bij de Deposito- en Consignatiekas. Effecten die op 30 november 2015 niet verkocht zijn, worden tussen 1 en 31 december 2015 gedeponeerd bij de Deposito- en Consignatiekas, met inschrijving van de effecten op naam van de Kas. Ten vroegste op 1 januari 2016 start de Kas met de uiteindelijke teruggave van de opbrengst en onverkochte effecten. Indien de rechthebbende na 1 januari 2016 zijn rechten op de voormalige effecten plots opeist, zal hij een boete moeten betalen die 10% bedraagt van de tegenwaarde van de effecten voor elk begonnen jaar vanaf 1 januari 2016. Tot slot, worden de opbrengsten die op 1 januari 2026 niet zijn opgevraagd bij de Deposito- en Consignatiekas gestort aan de Belgische Staat.