De nieuwe Raad voor vergunningsbetwisting

De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening voorziet in de oprichting van de Raad voor vergunningsbetwisting. De Raad voor vergunningsbetwisting zal functioneren als een administratief rechtscollege bestaande uit 5 raadsleden, bijgestaan door 2 griffiers, 5 adviseurs en administratief personeel. De Raad is bevoegd om te oordelen over in laatste administratieve aanleg genomen beslissingen inzake (uitdrukkelijk of stilzwijgend) afgeleverde of geweigerde stedenbouwkundige vergunningen, valideringsbeslissingen inzake as-built attesten en registratiebeslissingen. Het georganiseerd administratief beroep moet derhalve worden doorlopen vooraleer de Raad kan worden gevat. De Raad voor vergunningsbetwisting is niet bevoegd om kennis te nemen van beroepen tegen besluiten inzake ruimtelijke ordeningsplannen, planologische attesten, opname van gegevens in het gemeentelijke plannen- en vergunningenregister, stedenbouwkundige attesten e.a. In principe oefent de Raad enkel een legaliteitstoezicht uit. Toch is een marginale opportuniteitstoetsing mogelijk gezien de Raad de bestreden beslissing zal toetsen aan de algemene beginselen van behoorlijk bestuur m.i.v. het redelijkheids- en zorgvuldigheidsbeginsel. De tussenkomst van de Raad voor vergunningsbetwisting gaat bovendien verder. De Raad kan immers, nadat zij tot vernietiging is overgegaan, de vergunningverlener in zekere mate sturen door het opleggen van een bevel. Zo kan de Raad het bestuur bevelen om een nieuwe beslissing te nemen en daartoe een termijn opleggen. De voorzitter van de Raad kan voorlopige voorzieningen nemen teneinde een dreigend moeilijk te herstellen ernstig nadeel ingevolge de tenuitvoerlegging van de bestreden beslissing te voorkomen. Er is evenwel geen mogelijkheid voorzien om een uitspraak bij uiterst dringende noodzakelijkheid te vragen. Tegen de uitspraken van de Raad voor vergunningsbetwisting kan cassatieberoep worden aangetekend bij de Raad van State. De Vlaamse Regering heeft in een genuanceerde overgangsperiode voorzien. Belangrijk om te onthouden is dat het beroep tegen een vergunningsbeslissing van het College voor Burgemeester en Schepenen die genomen werd vóór 1 september 2009, geregeld wordt door het oude Decreet Ruimtelijke Ordening ongeacht de datum waarop het beroep wordt ingesteld. Wordt de vergunningsbeslissing genomen na 1 september 2009, zal de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van toepassing zijn en zal het beroep moeten worden ingesteld voor de Raad voor vergunningsbetwisting in plaats van de Raad van State. De vraag rijst evenwel wanneer de Raad daadwerkelijk operationeel zal zijn. De griffier van de Raad kan immers geen zaken inschrijven zolang het reglement van de orde van de Raad niet door de Vlaamse Regering werd bekrachtigd. Die bekrachtiging moet uiterlijk op 1 december 2009 gebeuren.