sr.search

BOEK VI “Marktpraktijken en consumentenbescherming” in het Wetboek Economisch Recht verschenen.

Ondernemingsrecht

21 januari 2014


Contact

Op 30 december 2013 verscheen Boek VI (“Marktpraktijken en consumentenbescherming”) van het Wetboek Economisch Recht in het Belgisch Staatsblad. Eerder verschenen Boek I (“Definities”), Boek II (“Algemene Beginselen”), Boek IV ( “Bescherming van de mededinging”), Boek V (“De mededinging en de prijsevoluties”), Boek VIII (“Kwaliteit van producten en diensten”), Boek IX (“Veiligheid van producten en diensten”) en Boek XV (“Rechtshandhaving”). In totaal zou het Wetboek 17 boekdelen gaan omvatten.   De concrete datum van inwerkingtreding van dit Boek VI dient nog door de Koning bepaald (art. 14). Vanaf dat ogenblik vervangt het de Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming (“WMPC”). Het herneemt er ook de meeste bepalingen van. Wijzingen zijn er wel met betrekking tot de algemene verplichting tot informatie van de consument, de overeenkomsten op afstand die geen betrekking hebben op financiële diensten, en buiten de verkoopruimten gesloten overeenkomsten. Hiermee wordt de Richtlijn consumentenrechten (2011/83/EU) geïmplementeerd. Eigenlijk diende dit al voor 13 december 2013 te zijn gebeurd (zie onze nieuwsbrief dd. 15 december 2011).   Opvallend is dat de solden- en sperperioderegeling grotendeels ongewijzigd behouden blijft, evenals het principiële verbod op verkoop met verlies. Nochtans oordeelde het Hof van Justitie dat de Europese Richtlijn oneerlijke handelspraktijken (2005/29) zich verzet tegen een nationale bepaling “die op algemene wijze aankondigingen van prijsverminderingen en suggesties daarvan tijdens de sperperiode verbiedt, voor zover deze bepaling de bescherming van de consumenten beoogt”. De uitlegging van deze nationale bepaling is een taak van de nationale rechter. In dit kader heeft hef Hof van Cassatie reeds geoordeeld dat de sperperioderegeling onder de oude Wet Handelspraktijken wel degelijk mede beoogt de consument te beschermen, en bijgevolg strijdig is met de Richtlijn. Meer ruimte voor twijfel kon er wel zijn met betrekking tot regeling onder de Wet Marktpraktijken. Een soortgelijke discussie speelt inzake het verbod op verkoop met verlies.   Kennelijk wil de Wetgever deze discussie thans afsluiten door uitdrukkelijk te bepalen dat voormelde bepalingen uitsluitend tot doel hebben “eerlijke marktpraktijken te verzekeren tussen ondernemingen”. Van elke pretentie dat de sperperiode of het verbod op verkoop met verlies enig consumentenbelang zou dienen, wordt uitdrukkelijk afstand genomen. Per hypothese zouden deze bepalingen dan buiten het toepassingsgebied van de Richtlijn oneerlijke handelspraktijken blijven. Het is echter maar de vraag of de Wetgever hiermee kan volstaan om met name de sperperiode te redden. Het lijkt immers al te gemakkelijk om middels een loutere verklaring de toepassing van de Richtlijn oneerlijke handelspraktijken te omzeilen. Wordt ongetwijfeld vervolgd.   Niet minder opvallend is dat dit Boek VI schijnbaar onverkort van toepassing zal zijn op alle ondernemingen. Nochtans werden de beoefenaars van een vrij beroep, de tandartsen en de kinesisten uitdrukkelijk uitgesloten van de Wet Marktpraktijken (artikel 3, §2 WMPC). Zij bleven onderworpen aan de bepalingen van de Wet van 2 augustus 2002 betreffende de misleidende en vergelijkende reclame, de onrechtmatige bedingen en de op afstand gesloten overeenkomsten inzake de vrije beroepen. Bij arrest van 9 juli 2013 heeft het Grondwettelijk Hof dit artikel en deze uitsluiting evenwel vernietigd, nu hiervoor geen afdoende rechtvaardiging kon worden gevonden. Naar verluidt zouden de vrije beroepen niettemin worden ondergebracht in een afzonderlijk boekdeel van het Wetboek Economisch Recht. Hiermee zou de regering dan tegemoetkomen aan de eisen van hun belangenorganisaties, die al langer aandringen op deze bevestiging van hun voorgehouden eigenheid. De ruimte voor een inhoudelijk afwijkende regeling lijkt echter erg beperkt. De Europese richtlijnen inzake consumentenrechten maken immers geen onderscheid tussen de beoefenaars van vrije beroepen en andere ondernemingen.

Corporate Social Responsibility

Lees meer

Vacatures

  • Advocaten 11
  • Staff
Lees meer