Beleidsverklaring

Vorige maand heeft de regering Michel I haar beleidsverklaring voorgesteld in de Kamer. In onderstaande nieuwsbrief ligt de nadruk op het ondernemingsrecht en baseren we ons in het bijzonder op de beleidsverklaringen van ministers Peeters (werk, economie en consumentenzaken), Geens (Justitie) en Borsus (o. a. middenstand, zelfstandigen en kmo's).   Ondernemingen in moeilijkheden   Na de crisis is een terugkerend thema in die beleidsverklaringen de positie van ondernemingen in moeilijkheden. Met het doel die te voorkomen, wil minister Geens een procedure van summiere rechtspleging creëren om niet-betwiste schulden sneller te kunnen innen. Wanbetalingen zijn een van de voornaamste oorzaken van financiële problemen. De Europese betalingsbevelprocedure moet als model dienen voor de nieuwe procedure. Minister Borsus wil deze invoering begeleiden met maatregelen die de drempels van de procedure verlagen en die de formaliteiten beperken.   Minister Geens besteedt in diezelfde lijn ook aandacht aan het faillissementsrecht. Een belangrijk thema dat daarbij aan bod zal komen zijn de bedrieglijke faillissementen. Om kettingreacties van faillissementen te voorkomen, wil hij bovendien de termijnen van de faillissementswet inkorten en de procedure beter aflijnen ten opzichte van die onder de wet continuïteit ondernemingen. Op een meer formeel niveau zullen die beide wetten worden ondergebracht in het Wetboek Economisch Recht. Dit maakt deel uit van een ruimere coördinatie van het handels- en economisch recht.   Ook in het KMO-beleid speelt men in op het gestegen aantal faillissementen. Zo zou men een voorafgaandelijke opportuniteitstoets door de kamers voor handelsonderzoeken invoeren wanneer ondernemingen een beroep willen doen op een WCO-procedure. Daarnaast wordt de nadruk gelegd op tweede kansen. Minister Borsus wil in dat kader niet alleen eventuele kredietverlening faciliteren, hij zal bijvoorbeeld ook de verschoonbaarheid van gefailleerden uitbreiden.   Administratieve vereenvoudiging   Een tweede terechte bekommernis van de regering is administratieve vereenvoudiging. Niet alleen werd hiervoor een staatssecretaris aangesteld, ook in andere beleidsdomeinen komt dit aan bod.   Van groot belang in de praktijk is de omzetting van de Europese jaarrekeningrichtlijn. Onder die Europese impuls worden boekhoudregels beter afgestemd op de grootte en de aard van de onderneming. De criteria waaronder een onderneming wordt aangemerkt als 'groot', worden zo bijvoorbeeld aangevuld met consistentieregels. Dit betekent concreet dat een kleine onderneming niet van bij haar eerste overschrijding van de relevante drempels haar 'klein' statuut verliest.   Een belangrijke vereenvoudiging bij de overheid zelf, is de opwaardering van de Kruispuntbank Ondernemingen (KBO). Voor kmo's moet dit op termijn de 'enige administratieve gesprekspartner' worden. Hoe dat zich in de praktijk vertaalt, valt af te wachten. Voor het aanpassen van ondernemingsgegevens heeft men alvast de concretere ambitie, om elke wijziging daarvan toe te laten op één centraal punt, bij de ondernemingslokketten.   Digitalisering   Een laatste trend is de digitalisering. Niet alleen is 'digitale agenda' – een Europees project dat een digitale eengemaakte markt moet creëren – een specifieke ministeriële bevoegdheid geworden, men wil e-commerce ook op nationaal niveau meer aanmoedigen. Een van de speerpunten daarvoor is de creatie van een platform voor elektronische handel. Ter ondersteuning daarvan zijn er nieuwe regels te verwachten met betrekking tot de online veiligheid van consumenten, maar bijvoorbeeld ook voor een aanpassing van het wettelijk kader rond nachtarbeid.   Ook elektronisch factureren zal worden aangemoedigd. Dat sluit aan bij een Europese doelstelling om tegen 2020 minstens 50% van alle facturatie op die manier te laten gebeuren. Verwijzend naar het vorige punt, is op te merken dat ook de jaarrekening digitaliseert. Een ambitie van minister Peeters is namelijk dat die in de toekomst elektronisch kan worden doorgestuurd.